In plaats van de beroemde en veel gelezen verslagen van onze vaste teamjournalist Ricus nu eens een blik van ieder persoonlijk op zijn partij.
Veel leesplezier
Bord 1 Ron Eveleens
Ondanks een communicatiefoutje waardoor we niet goed wisten wie met wie ging meerijden, zaten we toch keurig om 8 uur in Bennekom achter de borden.
Ron trof aan bord 1 in Teun Alting een tegenstander die 100 ratingpunten meer had maar dat was in de partij niet echt te merken. Alting werd goed onder druk gezet met een opgerukte h-pion en een sterk paard en toen de tegenaanval niet goed werd uitgevoerd kon Ron zijn toren op de achterste lijn krijgen zodat een mat op h8 niet meer kon worden voorkomen.
Bord 2 Gerard Bulthuis
Aangezien ik in die twee weken geen schaakstuk had aangeraakt, besloot ik deze avond een rustige opening te spelen. Na 5 zetten meende ik een combinatie te hebben, waarmee ik een kwaliteit zou kunnen winnen. Aangezien ik het niet vertrouwde (en dat bleek bij analyse thuis terecht) heb ik een andere zet gespeeld.
Kort na de opening won ik door een penning een pion. Daar heb ik niet lang plezier van gehad. Een paar zetten later gaf ik die pion onbedoeld weer terug. Had – achteraf – gewoon de zet moeten spelen die als eerste in me opkwam, maar deed wat anders. Op zijn beurt durfde mijn tegenstander het niet aan om een pion te winnen, omdat dan de a en b-lijn open zouden komen en ik met mijn toren en dame toegang zou krijgen tot zijn koning. Daarna had wit in het resterende deel steeds de dreiging om een stuk tegen twee pionnen te offeren. Bij analyse bleek dat hij daar niks aan had, omdat alles bij mij goed verdedigd stond.
Nadat mijn tegenstander zijn sterke loper voor een paard had geruild, vond ik het een goed moment om remise aan te bieden (we stonden op dat moment met 3-1 voor). Na enig nadenken werd dit aanbod geaccepteerd.
Bord 3 Jaap van Beelen
De partij begint rustig na een opening van mij op c4. Maar in de tiende zet komen de dames op de b-lijn tegenover elkaar te staan. Ik wacht af, doe een tussenzet en laat mijn tegenspeler de afruil doen. Hierdoor krijg ik een open a-lijn en op b3 een dubbelpion die uiteindelijk meedoet in de overwinning.
We blijven vervolgens het ene na het andere stuk afruilen, waarbij de voor mijn pion op b-3 gevaarlijke witte loper ook verdwijnt. We hebben elk nog zeven pionnen. Als de laatste twee torens tegenover elkaar komen laat ik opnieuw zwart afruilen zodat een pion van mij op d3 komt en de doorgang voor de zwarte koning verspert. Maar mijn koning kan wel binnendringen en bereikt de overkant om daar aan het opruimwerk te beginnen op de koningsvleugel. Dat levert uiteindelijk één pion voordeel voor mij op, maar wel een koning die de zwarte koning steeds verder richting de a-lijn weet te verdrijven. Bij een laatste poging door het offer van een pion op a4 een doorgang te verkrijgen kan schuif ik de pion op b2 door, kan zwart de a-pion niet pakken en verdedigt hij weer op b6 zijn laatste pionnen. Maar met a5 schaak verdrijf ik hem en is de keuze: a5 slaan of wijken, en in beide gevallen vallen zijn pionnen en heb ik er drie over, of opgeven. Hij geeft op. Ik zie nog wel alternatieven maar deze lijkt me de mooiste.
Bord 4 Rob Leer
Op bord 4 kwam Rob beroerd uit de opening en kwam zwaar onder druk te staan in het middenspel. Wit begon met het opzetten van een sterke aanval, die echter doodliep na afruil van zijn goede lopers tegen de twee passieve lopers van zwart. Het span zwarte paarden neutraliseerde de witte aanval en op voorstel van Rob werd besloten tot remise. (stand nu op 1-2 voor VSV)
Bord 5 Arie van Surksum
Al snel na de start van de partij werd duidelijk dat we allebei een soort van fort aan het bouwen waren. De stelling zo dicht mogelijk houden en afwachten of de ander ongeduldig wordt of een foutje maakt. Na het één en ander afgeruild te hebben bleef het er erg remiseachtig uitzien en hebben we de punt gedeeld. In de analyse, met ondersteuning van een aantal ander schakers, bleek er inderdaad niet veel meer in te zitten en was remise dus een terechte uitslag.
Bord 6 Ricus Goossens
Mijn partij begon heel rustig. Mijn tegenstander en ik lieten elkaar rustig ontwikkelen en we gingen het middenspel in met respectievelijk een paard en een loper minder. Verderop in de partij merkte ik dat mijn tegenstander mij het initiatief liet en er volgde een lange tijd van duwen en trekken om een klein voordeeltje. Ik kreeg dat in de vorm van een open d lijn, waarna ik een pion kon winnen. Mijn tegenstander ging veel tijd verbruiken, maar kwam plotseling, in grote tijdnood, met een dreigende mat in 1, waarna ik nog heel erg op moest passen niet mat te gaan of materiaal te verliezen. Ik kon nog een pion winnen, maar dat maakte het er niet makkelijker op. Het was bijna half 12, wij waren de enigen die nog speelden en mijn tegenstander bood herhaling van zetten met schaak aan. Nadat ik van Arie gehoord had dat we al gewonnen hadden bood ik remise aan, wat mijn tegenstander direct aannam. Ik had op dat moment even de winnende voortzetting gemist en vond dat mijn jonge tegenstander met zijn goede spel de remise wel verdiend had.