Na de 5^e ronde zijn er in groep A nog twee koplopers. Dat zijn Mees van Osch en Joost Offringa. Beiden wonnen in de 5^e ronde hun partij. Joost, spelend met wit, kreeg van Pim Dik het Wolga-gambiet voorgeschoteld. Geen alledaagse kost, zo zei Joost na afloop. “Ik speelde de partij vooral op mijn gevoel.”  Hij wist in het middenspel een loper van Pim te slaan en met twee lopers en de dame gericht op zijn koning, gaf Pim zich een paar zetten later gewonnen. Mees van Osch speelde tegen de, op dat moment nog medekoploper, Erik van den Dikkenberg. Met twee zwervende koningen op het bord, hadden beide spelers nog 4 pionnen en een toren. Mees wist als eerste te promoveren, snoepte wat pionnen van de in hevige tijdnood verkerende Erik en won uiteindelijk. Daarmee kwam hij goed weg, want na afloop bleken er wel degelijk winstkansen voor Erik te zijn geweest. “Maar ja, die tijdnood…”, verzuchtte Erik.

Na de 4^e ronden heeft alleen Willem de Wilde van De Cirkel uit Ede nog een score van 100%.  Hij wist zijn partij in de B-groep tegen de sterke Peter Egelie van de Schaakvereniging Doorn-Driebergen te winnen. Dat ging niet zonder slag of stoot. Het initiatief lag bij Peter, die met wit speelde en Willem moest zich secuur verdedigen. Een remisevoorstel van Willem werd door Peter afgewezen. Met voor beide spelers nog maar enkele minuten op de klok ging het ineens snel. Willem viel de dame van Peter aan; die zette vervolgens te snel en zag de vork: koning-dame over het hoofd en kon opgeven.